Dit toestel kan 125 codes beheren. 124 gebruikers codes en 1 mastercode.
Alle codes kunnen 4 verschillende uitgangen bedienen en bestaan altijd uit 4 getallen.
De mastercode kan altijd alle uitgangen bedienen, voor de gebruikers codes kunnen de uitgangen ingesteld worden.
Meer informatie over de uitgangen vind je op de volgende pagina.



Kies een code:

Maak hier je keuze uit een van de 124 gebruikerscodes.


Gebruikers gegevens:

Code: Geef een code-combinatie van 4 digits. Dat zijn de getallen van 0-9 en het hekje (#)
Tip: deel als eigenaar codes uit aan gebruikers, laat ze zelf geen combinaties kiezen.

De 4cijferige combinatie wordt in de database opgeslagen met een encryptie.
Om veiligheidsredenen wordt daarover niet verder in detail gecommuniceerd.
De sleutel kan je natuurlijk zelf bepalen. Meer info op de volgende pagina.


*: Om een cijfercombinatie geen 2 keer uit te delen of een nieuwe gebruiker niet te moeten melden 'dat een code al in gebruik is', kan je een willekeurige combinatie genereren.


Naam van de code: Geef een omschrijving waarmee je de cijfercombinatie kan identificeren en linken aan een gebruiker.

Wis de code: Maak de code en alle instellingen die erbij horen onbruikbaar.


Code parameters:

Uitgangen 1-4: geef aan welke uitgangen deze code mag bedienen. Meer info vind je op de volgende pagina.

Wist zichzelf na gebruik: Hier bepaal je of de code bruikbaar blijft, of ze tijdelijk is.

Als je deze parameter activeert, kan je in de rubriek 'Timer' de levensduur van de code ingeven (van 10 sec tot 42:20 min)
Dit zou je bv kunnen gebruiken wanneer je iemand eenmalig toegang moet geven.

Uit bij opstart: Deze parameter zou je kunnen activeren wanneer je een voorwaarde aan deze code koppelt (zie verder)
Het feit dat je een voorwaarde aan een code koppelt, betekent dat je bepaalde gebruikers op bepaalde momenten geen toegang wil verlenen.
Hier kan je bepalen of je de gebruiker van die code de toegang wil verlenen na het opkomen van de spanning.
Tip: Denk erom dat een gebruiker de spanning van het codeklavier kan halen (en er weer kan opzetten) om zichzelf zo de toegang te verschaffen.


Voorwaarde:

Wanneer je een gebruiker voorwaardelijk toegang wil geven, kan je aan een code een voorwaarde toekennen.
Voeg een SoftwareMember in om de code in en uit te schakelen.
Denk aan de parameter 'Uit bij opstart'.


Er wordt een onderscheid gemaakt in 'verkeerde code' en 'geweigerde code'.

  • Een 'verkeerde code' wordt geregistreerd na een complete code en wanneer die code niet in de database teruggevonden wordt.
  • Een 'geweigerde code' wordt geregistreerd na een complete code en wanneer het code profiel op dat moment niet actief is.
    Wanneer de voorwaarde niet actief is dus.



Mastercode:

Onderaan in de lijst met codes, kan je via de knop 'Mastercode' naar de instelling van de mastercode.

Een mastercode verschilt in principe weinig van een gewone gebruikerscode.
Je kan hiervan alleen de cijfercombinatie instellen.
Verder kan deze code altijd alle uitgangen bedienen en kan die zichzelf niet wissen of anders beperkt worden.


Codegegevens kunnen niet in bulk uitgelezen worden (uit veiligheidsoverwegingen)
Als je de gegevens wil opvragen, is er per item een knop (met vraagteken voorzien)
Om te weten of een code al dan niet actief is, kan je op de tekening (van de and-figuur klikken.
Als een groen vinkje tevoorschijn komt, is de code actief. Bij een rood streepje is de code niet actief op dit moment.
Let op: als je de encryptiesleutel niet correct invulde, kan je de code niet opvragen. (Zie pagina Encryptie)